We leven in een vreemde wereld. Een wereld waarin mensen sterfelijk zijn. Een wereld waarin zelfs de meeste levensvormen verouderen en sterven. Er zijn enkele uitzonderingen: organismen die niet verouderen, die onsterfelijk zijn of die zelfs kunnen verjongen. Maar voor de grote meerderheid van alles wat loopt, kruipt, zwemt of vliegt op deze aardbol is sterfelijkheid onlosmakelijk verbonden met het bestaan. Dat is vreemd, want biologisch gezien is er geen enkele reden waarom veroudering en sterfelijkheid moeten bestaan. Biologen hebben zich eeuwenlang gebogen over de vraag waarom er zoiets vreemds als veroudering bestaat. Zoals we zullen zien, is veroudering niet zomaar het gevolg van ‘onvoorkoombare slijtage’. Noch bestaat veroudering om ‘overbevolking’ tegen te gaan waarbij ‘oudere dieren plaats dienen te maken voor jongere dieren’.
In dit boek zullen we bespreken waarom sommige organismen zeer snel oud worden en andere organismen honderden, duizenden of zelfs miljoenen jaren oud kunnen worden, of zelfs helemaal niet verouderen. In het tweede gedeelte van het boek bespreken we wat er gebeurt in het lichaam dat ervoor zorgt dat we ouder worden. Als we beter begrijpen waarom we verouderen, kunnen we ook beter achterhalen hoe we deze verouderingsprocessen kunnen afremmen. En daarover gaat het derde deel van dit boek: het vertragen van veroudering. We zullen zien dat bepaalde voeding het verouderingsproces kan afremmen. Het probleem is dat we in het westen steeds meer voeding eten die veroudering versnelt en tegelijk overgewicht veroorzaakt. Het is geen toeval dat mensen met overgewicht meer risico lopen op allerlei verouderingsziektes, zoals hartaanvallen, dementie of diabetes. We zullen zien dat de epidemie van overgewicht die de wereld teistert niet zomaar een kwestie is van ‘te veel calorieën’ en ‘te weinig lichaamsbeweging’, zoals zo vaak wordt gezegd.
Vervolgens komen toekomstige therapieën aan bod, die nu al in ontwikkeling zijn en in sommige gevallen reeds toegepast worden om bepaalde zeldzame ziektes te behandelen. Deze therapieën kunnen niet alleen veroudering drastisch afremmen, maar zelfs omkeren. Het ‘omkeren’ van het verouderingsproces wil zeggen: mensen weer verjongen door bijvoorbeeld rimpels te laten verdwijnen, bloedvaten weer elastisch te maken en verouderingsziektes zoals hartfalen en alzheimer te genezen. We zullen zien dat dit niet onmogelijk is. In het laatste gedeelte van dit boek bespreken we de grote maatschappelijke omwentelingen die op ons afstevenen omdat we steeds langer zullen leven. Momenteel neemt de levensverwachting elke dag met zes uur toe, en wanneer in een relatief nabije toekomst technologieën beschikbaar worden om veroudering drastisch af te remmen en zelfs om te keren, moeten we rekening houden met een scenario waarin mensen zeer lang uitermate gezond blijven. Zelfs zonder deze nieuwe technologieën weten we dat de eerste persoon die 135 jaar zal worden reeds is geboren. Volgens sommige wetenschappers is de eerste persoon die 1000 jaar zal worden ook al geboren.
Of dit laatste nu waarheid zal worden of niet, één ding staat vast: onze toenemende kennis zal ons in staat stellen ziekte, leven en dood te transformeren. Deze toekomst is dichterbij dan we denken. Dus we hebben een plan nodig. Een plan dat ons in staat stelt om zoveel mogelijk van deze toekomstige omwentelingen te profiteren. Een plan dat ons kan helpen om zo lang mogelijk zo gezond mogelijk te leven. Zodat we meer kans hebben om de vruchten te plukken van deze grote nieuwe ontwikkelingen. Dit boek wil hiervoor een leidraad zijn.
Maar eerst moeten we weten waarom er zoiets vreemds als veroudering bestaat.